Equine Medical taping wat is het nu en wat doet het precies?

In de sportwereld word taping al sinds 1970 toegepast en zijn we het inmiddels gewent om de olympische atleten te zien sporten met alle mogelijke kleuren van tape. In de paardenwereld is men nog best verwonderd en zijn de reacties als volgt. Paarden kun je die ook tapen? Blijft het wel plakken op die lange haren en wat doet het nu precies?

Is Equine Medical Taping voor elk paard geschikt?

Taping word gebruikt om een behandeling van sportmassage, osteopathie, fysiotherapie of chiropractie extra te ondersteunen. Maar je kunt het ook bij trainingen gaan inzetten om bewegingen en oefeningen die het paard sterker moet maken, waarbij het paard asymmetrie vertoont of verminderde balans laat zien extra te ondersteunen waarbij het paard meer bewustwording krijgt. Bijv. na een revalidatie om het paard weer meer bewustwording te brengen, of juist een ondersteuning in het herstelproces na een hele zware training of wedstrijd. Denk dan aan een endurance, eventing, 4 daagse ritten en dergelijke.

Wat doet de tape nu precies en waar werkt hij op in ?

– Een sportmassage doet zijn werk als ondersteuning in het herstelproces bij de spieren de fascia en de onderliggende weefsels. De massage zorgt ervoor dat de spieren weer beter doorbloed worden waardoor ze weer beter kunnen aan en ontspannen. Als het lichaam spanning kan laten afvloeien gaat het paard weer beter door zijn lijf bewegen.

Taping werkt in op het zenuwstelsel. Het zenuwstelsel coördineert (denk aan een telefoon netwerk dat iedereen kan bereiken en berichten kan ontvangen en beantwoorden) alle andere stelsel in het lichaam en stuurt ze meteen aan waardoor het een sterke invloed heeft op reacties , acties, reflexen, zintuigen, beweging, gedrag, organen, hartslag, ademhaling en spijsvertering. En kan zorgen voor spieractivering of juist zorgen voor ontspanning. En het zorgt voor vermindering van pijn. De tape zorgt ervoor dat het zenuwstelsel alle details kan oppikken van de positie (tape) stuurt deze door naar het centrale zenuwstelsel waarop het centrale zenuwstelsel opnieuw nieuwe prikkels coördineert naar de plek van aandacht en geeft info mee aan het bewegingsapparaat om hier meteen wat mee te doen. Waardoor er meteen verandering in beweging ontstaat. Bij het slecht aanbrengen van tape kun je dus ook ongewenste beweging veroorzaken.

Welke eigenschappen heeft de tape, kan iedereen leren tapen?

De tape die men gebruikt voor honden en paarden is hier speciaal voor ontwikkeld en mag dus niet op mensen gebruikt worden vanwege de lijmlaag het materiaal bestaat uit een katoenen bovenlaag die een zijde van lijm bevat in golflijnen. De tape is rekbaar in de lengterichting en kan op verschillende manieren geplakt worden waardoor bewegingsvrijheid wordt behouden of juist beïnvloed.
– Sederend (ter ontspanning)
– spieren toniseren (actief te maken)

De tape is in verschillende kleuren beschikbaar, de kleuren hebben een effect op het lichaam. En hebben een activerend of sederend effect. En worden ingedeeld in warm of koud.

Bij het aanbrengen van de tape op de vacht zorgt de elasticiteit van de tape ervoor dat de huid gelift wordt waardoor de lymfedoorstroming weer beter wordt en de afvalstoffen worden afgevoerd.
De afvalstoffen zijn eerder blijven ophopen vanwege stagnatie van circulatie en lymfeafvoer door overbelastingen, weefselbeschadigingen of ontstekingen.

Door de complexiteit van de biomechanica van het paard en zijn anatomie. Is het wel van belang dat je precies de spierstructuren weet liggen en je weet welke beweging je beïnvloed en tevens de antagonisten. Bij het verkeerd aanleggen van tape kun je ongewenste bewegingen versterken. Het is dus aan te raden om iemand met vakkennis te raadplegen.

Waarbij kan Equine Medical Taping worden ingezet?

Het is geen behandeling op zichzelf. Maar word ondersteunend ingezet bij andere behandelingen. Ik gebruik het naast de sportmassage waarbij ik het lichaam eerst volledig los masseer waarbij alle achtergebleven afvalstoffen los komen en grotendeels worden afgevoerd via het lymfestelsel. Allemaal afhankelijk hoe lang de blessure of beperking zich al voor deed.
Daarna ga ik 1 of 2 probleemzones tapen. Om de massage behandeling optimaal te benutten en de mobiliteit te vergroten.
Resultaten zijn meteen zichtbaar en verbluffend positief.

Je zet het in bij:

  • Activering van de bloedsomloop
  • Pijnvermindering
  • Verbeteren van spiergebruik
  • Ondersteuning van gewrichten
  • Bewustwording van lichaamsdelen
  • Organen beïnvloeden
  • Tijdens training om houding en beweging te verbeteren en sterker te maken
  • Spieratrofie
  • Spierhypertonie

Wanneer kun je beter niet voor taping kiezen?

De tape mag nooit aangebracht worden op open wonden. Nadat de wond gesloten is kan hij wel aangebracht worden om litteken te verminderen maar eerder niet. Wanneer het paard aangeeft geïrriteerd te zijn tijdens het plakken kun je hem beter meteen verwijderen. (Stress, neurotisch,..)
Botbreuken en peesblessures zijn onder het beleid van de dierenarts en worden niet getapet.

Soms word er na een massage behandeling die een grote impact heeft gehad op het paard ook gekozen om niet te tapen. Het is niet zo dat tape altijd nodig is en soms is less is more. Het zenuwstelsel heeft in sommige gevallen al veel te verwerken dat nog eens extra tape niet aangenaam zou zijn. Maar elk paard word individueel bekeken.

Mocht je benieuwd zijn naar het resultaat bij jouw paard kun je altijd contact met me opnemen. En dan sta ik je graag ten dienste.

Succes en tot gauw,
Oona

Check hier wat de mogelijkheden zijn

Alles wat je moet weten over een actieve achterhand of de motor van het paard.

Elk boek dat je openslaat vertelt je zeker en vast dat de achterhand de motor is en deze actief hoort te zijn. Ik ging het pas echt begrijpen toen ik het zelf gevoeld had.
Want de meeste ruiters denken bij een actieve achterhand dat deze vlot voorwaarts is.
Helemaal mee eens maar er is nog veel meer nodig om de achterhand actief te maken en te laten zijn.

Je kunt verschillende dingen gaan trainen met de achterhand van het paard om de achterhand sterker te maken.
Allen hebben ze te maken met actief zijn en toch worden ze steeds gevraagd vanuit een andere intentie.

  • Actief naar voren rijden
  • Actieve reactie van het achterbeen op een hulp vanuit je eigen been
  • Actief buigen naar het zwaartepunt toe
  • Actief aanspringen in galop vanuit het achterbeen.
  • Actief dragen

Als ik om mij heen kijk zie ik verschillende paarden lopen die wel hard voorwaarts draven maar helemaal op de voorhand waarbij het achterbeen stuwt en niet draagt. Vaak vloeit de energie langs de voorhand weg. Men draaft dan van achter naar voren maar het is de kunst om de energie op te vangen en toch los te laten. Bij mij helpt de intentie om te bedenken dat ik een klein vogeltje vasthoud maar wat ik niet plat mag knijpen en het mag niet in mijn handen botsen. Door met mijn been de activiteit naar voren op te wekken botst het vogeltje niet en is het gemakkelijker om mijn handen stil te houden.

Je wil graag een directe reactie van het achterbeen. D.w.z. dat je vraagt om met energie een reactie naar voor te geven. En niet bijv. je vraagt je paard in draf en je paard maakt aanstalten om in een sukkel drafje aan te draven.

Actief buigen naar het zwaartepunt toe is voornamelijk in wendingen en op de volte. Je paard neemt de buiging aan van de volte en moet ondertreden naar het zwaartepunt. Het zwaartepunt ligt in het midden van de 2 voorbenen ongeveer ter hoogte van de singel. Dit kan voor elk paard net een beetje anders zijn. Afhankelijk van het type paard en bouw. Waarbij je erop let dat het buitenachterbeen niet uitzwaait naar buiten. Het moet zo worden dat je paard op een kleine hulp zijwaarts gaat reageren. Als je dan de buitenzijde tegelijk kunt begrenzen treed hij perfect onder naar het zwaartepunt.

Actief aanspringen in galop vanuit het achterbeen. Je paard moet leren om meteen op een lichte beenhulp aan te springen in een juiste krachtige galop. Wanneer hij steeds sterker word kan hij dit op het achterbeen en zul je meer sprong opwaarts in de galop gaan merken i.p.v. dat het paard op de voorhand galoppeert en naar beneden duikt. Dit vergt consequentie en discipline. En in begin zal je beenhulp dus echt nog niet klein zijn maar dit moet wel het streven worden. Want bedenk als je voor elke gang een grotere beenhulp nodig hebt waar je paard ietsje beter op zal reageren dan heb je geen reserve meer over om nog te schakelen in een gang. En word het lastig om je eigen ontspanning te bewaren.

Het actief dragen is wanneer het paard zijn gewicht steeds beter horizontaal gaat verdelen. De voorhand word lichter en het bekken gaat meer kantelen. Dit kun je zelf nog het best vergelijken met traplopen op de tippen van je tenen. Dit voel je goed terug in je kuitspieren en kost veel kracht en energie. De galop helpt hierbij om het bekken goed te leren kantelen. Overgangen terug met behoud van energie waarbij je de intentie houd dat je eigenlijk meteen weer zou kunnen wegrijden.

Dit zijn 5 verschillende dingen die jij kunt vragen aan 1 achterbeen of 2 achterbenen tegelijk. Het 1 is niks zonder het ander. En het begint allemaal bij actief naar voren. En al deze puntjes samen noemen we een actieve achterhand. En dit is waarom men zegt de achterhand is de motor van het paard. Juist omdat hij verschillende dingen actief kan doen. En niet enkel maar hard naar voren draven.

Het resultaat is dat het paard meer vering in zijn benen krijgt. Er ontstaat swung. Je paard word korter, spant zijn buikspieren steeds beter aan waardoor de rugspier beter kan gaan dragen en gaat opbollen. En de wervels als een mooie waaier uit mekaar gaan staan.

En als een echte body builder door de baan zal gaan.

 

De kracht van dressuur of … eerder een noodzaak ?

Je paard in harmonie rijden, met lichtheid samen door de baan gaan als een perfect afgestemd duo dat is hoe we willen dat het klinkt, voelt en eruit ziet. Het heeft zelfs iets romantisch.

Echter de noodzaak is eerder realiteit en is soms allesbehalve romantisch. Juist omdat de dressuur een noodzaak is omdat we het paard toch willen berijden en het paard van nature scheef is.

Iedereen heeft het er altijd over maar wat is het nu precies?

Zo goed als alle paarden zijn scheef en zo worden ze geboren. De ene zal extremer zijn dan de andere.
En het ene paard is atletischer gebouwd om het beter te kunnen trainen dan het andere.

Natuurlijke scheefheid wil eigenlijk zeggen dat elk paard net zoals bij de mens linkshandig of rechtshandig is van nature. En dat hij aan de ene zijde makkelijker kan buigen dan aan de andere zijde. Paarden zijn van nature dus niet gelijkmatig gebouwd. Maar zolang er met het paard niet gewerkt word ontstaan hierdoor nog geen problemen.

Echter willen we met het paard gaan rijden en hier ruitergewicht aan gaan toevoegen dan zullen we beide kanten sterker en soepeler moeten gaan maken zodat we het paard gelijkmatig kunnen gaan belasten om blessures te voorkomen.

En dat is wanneer de dressuur een noodzaak word. En vaak ook ingewikkeld word.
Een vb. We beginnen te rijden, maken ons paard goed voorwaarts, vragen wat buiging en voor je het weet heb je teveel buiging en zoekt je paard alweer steun aan de buitenzijde van de bakrand. We hadden té veel té lang en niet genoeg gedoseerd hulpen gegeven. Hier komt de rijkunst om de hoek om dan te weten welke oefening ga je inzetten om je paard weer recht te richten.

Hoe ontstaan blessures ?

Door de verschillende scheefheden niet te herkennen. En het paard in zijn voorkeurs houding te laten lopen kan het sterke been, zijn beste beentje dat hij altijd voor zet, overbelast gaan worden. Zowel met de voorbenen als met de achterbenen. Deze spieren die hieraan bevestigd zitten zullen groter ontwikkeld worden dan de mindere sterkere kant en op de duur overbelast worden. De ongelijkheid gaat alleen maar meer benadrukt worden. Sommige paarden kunnen gaan blokkeren omdat ze letterlijk vast lopen in hun lichaam, ze zullen verzet gaan vertonen. Op meer dan verschillende manieren dit kan door erg traag te worden, te snel te gaan, 1 kant vast te pakken etc.…
Tijdens de trainingen naar ontspanning toewerken zal moeizamer verlopen omdat het paard gehinderd word in zijn beweging. Bijv. blessures aan het been kunnen ervoor gaan zorgen dat het paard gaat compenseren. Anders zal gaan lopen om het pijnlijke been te ontlasten. Waardoor weer een ander lichaamsdeel het harder te verduren zal krijgen en er blokkades ontstaan.

Welke scheefheden kan je herkennen?

– Tijdens de trainingen ga je ontdekken dat het paard de ene zijde makkelijker zal buigen en soepeler op een volte zal lopen dan op de andere zijde. Het paard is of links gebogen of rechts gebogen. (Verticale evenwicht)
– Het paard loopt van nature 60% op de voorhand en 40% op de achterhand en zal daardoor steun gaan zoeken in je handen. (Horizontale evenwicht)
– De schouders zijn smaller dan de heupen. Wanneer we rijden in een afgesloten ruimte dan zal de buitenschouder en de buitenheup van het paard 1 rechte lijn worden en op zijn manier steun gaan zoeken aan de omheining van de piste.
– De voorbenen hebben ook hun voorkeur om met het sterkste been onder het gewicht plaats te nemen. Hier ga je verschil gaan voelen in op de binnenschouder vallen en over de buitenschouder wegvallen. Schoudervoor is wat we gebruiken om het paard hierbij recht te richten.
– De achterbenen zijn de motor van het paard hier gaat hij het lichaam mee vooruit duwen. Het ene achterbeen is sterker en stuwt meer het andere been is sterker in het buigen en draagt meer. Belangrijk is dat we beide achterbenen individueel sterker gaan maken.
– Dan heb je de verschuiving van het zwaartepunt tijdens evenwichtsverlies. Bij elke pas voorwaarts komt er energie vrij uit het achterbeen dat door stroomt naar het diagonale voorbeen. Door het ruitergewicht dat zelf niet in evenwicht boven het zwaartepunt blijft, gaat het zwaartepunt evenwicht zoeken onder de ruiter dit voel je ook weer terug evenwicht,  in het vallen op de binnenschouder of de buitenschouder.

Besluit.

We kunnen stellen dat alle symptomen die we tegenkomen tijdens het rijden een evenwichtsverlies is, waarbij het paard elke keer gaat compenseren om paard en ruiter rechtop te houden.
En het is aan ons om te voelen wat er gebeurd en welke oefening we gaan inzetten om het verbeteren. En helpt de oefening ook of is er nog een andere oefening nodig? En lukt het het paard om gemakkelijker zijn evenwicht te bewaren en kunnen we onze hulp ook al weglaten?

Longeren of slingeren ?

Slinger jij je paard in het rond. Of ga je meer zoeken in de diepte en zoeken naar verschillen en verbeteringen?

Longeren doen we allemaal maar vaak is het een training die we inzetten wanneer we weinig tijd hebben of wanneer we geen zin hebben. En om het paard los te gooien is het ook ideaal “denken we.“ Herken jij het ook ? Omdat we al motivatie missen slingeren we het paard gauw wat rond. De warming up bij longeren schiet er nog gemakkelijker bij in dan bij andere trainingen. En dan word het gauw saai voor de ruiter en blessure gevoelig voor het paard.

Oei wat nu?

Vroeger hoorde ik heel vaak zeggen “ goed longeren is een kunst .” En terecht.
Longeren duurt vaak maar 20 tot max 30 minuten en je kunt met verschillende doeleinden longeren.
Zoals:
– Paard op gaan leiden voor het werk onder het zadel
– conditie verbeteren in 3 gangen
– paard horizontaal en verticaal in balans gaan brengen
– training waarbij het paard geen gewicht moet dragen van een ruiter
– grondwerk gevoeligheidscirkels verbeteren is in feite net hetzelfde al je paard actief maken voor je been
– Cavaletti werk om de benen beter te leren optillen

En al deze verschillende trainingen binnen het longeerwerk hebben als resultaat dat je de links rechts verschillen leert kennen van je paard. Je leert je paard tot in detail kennen en je leert zien hoe jouw paard precies beweegt.

Eerst gaan we het hebben over het harnachement dat we gebruiken tijdens het longeren.

We kunnen gebruik maken van een trainingshalster een hoofdstel of een kaptoom. Mijn voorkeur gaat uit naar de kaptoom. Omdat de longeerlijn rechtstreeks aan het bit vast maken niet gewenst is. Alle druk komt aan 1 zijde aan het bit te hangen en als ze eens gek doen dan krijgen ze een ruk in de mond. Ik houd de mond graag zo lichtgevoelig mogelijk. We combineren vaak met een longeersingel waar je rekbandages aan kunt maken die langs de achterhand doorgaan voor het bewuster worden van de achterhand.

Er word ook nog steeds gelongeerd met hulpteugels en dan hebben bijzetteugels of een longeerhulp mijn voorkeur. Hulpteugels worden in mijn beleving niet gebruikt om het paard in een houding te dwingen dit heeft absoluut niet mijn voorkeur. Maar wanneer de hulpteugels in een lange stand worden gebruikt en uitnodigen voor beter rug gebruik dan kan dit het paard helpen bij het leren aannemen van een contactteugel. Ik vind dat je dit per individu best bekijkt of het noodzakelijk is of niet.

Als longeerzweep maak ik graag gebruik van een menzweep deze zijn lichter in de hand en fijner in het toucheren of aanwijzen met een hulp.
Wanneer ik vanop een korte afstand mijn paard beleid dan gebruik ik een kort dressuur zweepje.
En een longeerlijn natuurlijk van een zachte kwaliteit die fijn in de hand ligt. Ik maak hier altijd op bepaalde plaatsen knopen in omdat ik dan fijner met ophoudingen kan werken net als in het rijden.

Ok kunnen we aan de slag?

Of nee, is er misschien toch nog een voorbereiding die je eigenlijk helpt bij het longeren?
Een longeerpiste natuurlijk. Is een afgebakende rond cirkel genoeg ?
Nee we gaan in de cirkel ter hoogte van de 2 de hoefslag een kleinere perfect ronde volte tekenen met onze voet in het zand. Deze lijn gaan we gebruiken als leidraad in onze longeertraining.

De positie die  het paard aanneemt is aan de buitenzijde van de lijn die we eerder hebben getekend en onze positie is om te beginnen op ongeveer een 1,5 m aan de binnenzijde van de getekende cirkel.

Ok nu kunnen we aan de slag.
Vandaag gaan we het hebben over paard verticaal en horizontaal in balans brengen aan de longe.
En we leiden het paard voorwaarts rond op de volte. En gaan eerst eens observeren als we de volte rond stappen. Wat zien we dan ? Waar valt het paard naar binnen en waar valt het paard naar buiten? Zonder lijn zouden we ons hier niet bewust van zijn. Pas als het paard het uitvergroot zou laten zien dan zien we het wel duidelijk.

Maar om te beginnen gaan we het simpel houden. En werken we met kleine aanwijzingen.

– Als het paard naar binnen valt dan wijzen we met ons kort stokje de voorhand terug naar buiten. Op het moment dat het binnenvoorbeen naar voren stapt .
– Valt het paard naar buiten dan maken we een ophouding naar ons toe op het moment dat het buitenvoorbeen een pas naar voren doet en we vragen de voorhand meer naar binnen.
– De bedoeling is om in begin je paard uit te leggen waar hij moet lopen en als hij goed stapt steeds minder te gaan ingrijpen. Door dit goed te begeleiden gaat het paard steeds beter in balans op de volte gaan lopen.
– Willen we vragen aan het paard om de buiging van de volte beter aan te nemen dan wijzen we naar de buik op het moment dat het binnenachterbeen naar voren komt. Je zegt letterlijk tegen de buik maak je eens hol. In begin zul je dit vaker moeten vragen.
– Om de achterhand actiever te maken en beter te laten ondertreden dan gaan we een aanwijzing richting het binnenachterbeen geven op het moment dat het binnenachterbeen een pas naar voren maakt.

Je kunt de afstand gaan vergroten als je paard op de aanwijzingen in balans goed blijft lopen. En je kunt het in principe in alle gangen goed gaan oefenen maar om te beginnen zul je merken dat het in stap en draf al een hele kunst zal zijn.
En een begin in de eerste stappen van het longeerwerk is gemaakt.
Veel succes
Oona

 

Heeft mijn paard pijn ?

letterlijk en figuurlijk een pijnlijk onderwerp.

Omdat we het beste met ons paard voor hebben en het liefst van al hopen dat alles altijd goed gaat. Toch gebeurd het dat het paard pijn of ongemak ervaart maar dat we dit nog niet opmerken. Juist omdat paarden meesters zijn in het verbergen van pijn. Want in het wild open en bloot laten zien dat je pijn hebt zorgt ervoor dat je door de roofdieren als eerste eruit word gepikt en een gemakkelijk slachtoffer word met de dood tot gevolg.

En ga maar eens vertellen aan de paarden dat er in een afgebakende wei geen gevaar meer loert en dat ze gerust eerder pijn mogen laten zien.
Toch kunnen we aan hele kleine signalen al eerder zien dat het paard ongemak ervaart. Want daar begint het mee.
Kleine gedragsveranderingen die erin sluipen, vaak zeggen eigenaren wel eens “o maar dat doet hij altijd al of dat doet hij al jaren zo.” Zo is het dus perfect mogelijk dat paarden al geruime tijd kunnen lopen met ongemak en wat later dus pijn word.

En we weten allemaal als we kijken naar ons zelf en we doen fysiek zwaar werk dat we onszelf wel is pijn doen en dat het wel eens langer dan 3 dagen kan duren alvorens het weer hersteld is. Meestal doen wij het dan rustiger aan omdat we ons er bewust van zijn. Maar ons paard laat vaak al niet zien dat hij zich bezeerd heeft. Hij zal het misschien wel rustiger aan doen en minder voorwaarts zijn maar dan zit er een ruiter op en die zegt dan, hey loop jij eens actief door en niet slenteren want dat willen we niet he.
Ja en een eerste symptoom word over het hoofd gezien.

Daarom is het belangrijk om je paard goed te leren kennen tot in het kleinste detail.
Ik weet bijv. Dat ik mijn paard in de warming up goed los stap en dat in het losrijden in draf het ongeveer 2 hoefslagen rond duurt alvorens ik voel dat hij op eigen benen het tempo zelfstandig opschakelt en hij met meer veerkracht draaft en ik met dit gewenste tempo een training kan rijden. Ik kan hem eerder actief maken en zeggen vanaf de eerste draf pas hup actief. Maar ik wil er zeker van zijn dat hij de kans krijgt om mij duidelijk te maken baas ik heb toch ergens last van het loopt niet zo lekker als gisteren bijv. ( wat niet wil zeggen dat hij mag sjokken in die 2 eerste rondes over de hoefslag dat is ook weer het andere uiterste). Losrijden hoort bij het opwarmen. Maar stel nu dat hij na die 2 rondes niet actief te krijgen is dan moet ik toch wel eens nadenken over de training van gisteren. En natuurlijk kan het wel is een keertje voorkomen. Maar een zware training met een overbelasting als gevolg kan zomaar een zwak gebied bloot leggen dat op termijn een blessure met pijn als gevolg oplevert.

Vaak kunnen we aan zijn conditie opmerken of een paard al langer pijn ervaart. Denk dan aan de body en vacht condition .

Wanneer het paard erg mager is en een moeilijke eter is moet er al een eerste alarm afgaan.  vb.
Is hij mager vanwege stress? -> heeft hij stress vanwege maagzweren? –> is je paard erg zuur tijdens het opzadelen vanwege een maagzweer? Een dierenarts kan je hier goed bij helpen.

Gedrag kan ook heel subtiel veranderen. Je paard was eerst goed voorwaarts en trainingen bouwde mekaar mooi op. De nageeflijkheid was na een warming up en losrijden ook geen punt. Maar het word steeds lastiger om de ontspanning terug te vinden. Je nageeflijkheid word ook steeds moeilijker om vlot voor mekaar te krijgen en voelt dat je paard sterker is geworden aan 1 kant. En dit was eerst helemaal niet. Grote kans dat zijn bespiering een verminderde of slechte conditie heeft zoals teveel spanning. Wat er weer voor zorgt dat het natuurlijk bewegingspatroon vermindert en hij anders gaat bewegen. Anders bewegen betekent compenseren in het lichaam om toch op een meer comfortabelere fysieke manier inspanning op te brengen die wij als ruiter van het paard vragen.

En dan komen we ongetwijfeld bij houding.
Een paard dat strakke rugspieren heeft. Vind het lastig om deze op lengte te brengen zelfs in stilstand. Hij gaat in zijn favoriete houding staan op de voorhand met zijn gewicht helemaal richting het borstbeen. De rug trekt hierdoor hol, de buikspieren zijn lang en trekt ze niet aan want dat kost het paard flink wat moeite. Het paard heeft maar moeite om de buikspieren aan te spannen en de rug op lengte te brengen in beweging dus zeker om het op te brengen in stilstand. En langzamerhand zie je de rug steeds meer holler worden.
En de rugspieren zullen op termijn zelfs verdwijnen. Als je hier als ruiter plaats op neemt dan zal dit voor het paard ver van comfortabel zijn. Als bespiering verdwijnt en het zadel past niet goed meer dan word het helemaal erg. En zal het paard ongetwijfeld pijn ervaren.

Dit zijn enkele voorbeelden van pijn of ongemak. Er zullen er vast nog veel meer zijn die jij niet meteen opmerkt maar er wel al zijn. Daarom is het aan te raden om regelmatig een professional je paard te laten nakijken. Ik denk dan aan een tandarts, dierenarts, hoefsmid , sportmasseur, instructeur,….
Iemand die je paard niet dagelijks ziet en met een frisse blik naar je paard kijkt. En verschil waarneemt.

Mijn beste advies is bij twijfel altijd je dierenarts contacteren. Om meer te weten en pijn te kunnen uitsluiten.

Oona.

Tussen 2 werelden

Tussen 2 werelden.

Dat is hoe ik mij wel eens voel. En toch ben ik blij dat ik mijn eigen pad bewandel. Ik heb het je vast nog niet eerder verteld en misschien word het wel eens tijd om dit toch te doen.

Mijn allergrootste droom die nog steeds niet uitgeblust is en ik nog altijd nastreef bestaat nog steeds.
Ik wil nog altijd goed leren paardrijden en zover mogelijk geraken. Wat dat zover mogelijk geraken is, daar heb ik momenteel nog altijd niks opgeplakt. Omdat ik alle ahaa momenten die het me oplevert om zover mogelijk te geraken mij waardevoller zijn dan letterlijk ergens een niveau op te plakken.

Zo begon mijn avontuur bij mijn eerste paard die ik zelf zadelmak had gemaakt en daarna door gereden moest worden. Eigenlijk achteraf bekeken ik was veel te groen om dat te doen. En ik miste de juiste begeleiding. De eerste privé lessen die ik ging volgen waren traditionele lessen. En het ging voor geen meter. Maar ik dacht alle begin is moeilijk. Ik switchte een keer van lesgever om eens wat anders te proberen en bij de 1 maakte ik al iets meer vordering dan bij een ander. Echter wat iedereen over het hoofd zag en wat ik nochtans heel hard riep was, is dat mijn paard is niet voorwaarts was en het mij niet lukte om hem vlot voorwaarts te lopen. In alle lessen die ik tot toen gehad had was iedereen altijd maar op het hoofd gefocust.

Ik zat of op mijn paard of met mijn neus in de boeken. En ik vond het zo boeiend dat ik in de boeken kon lezen hoe het voelde en in werkelijkheid ik daar niks van merkte. Ik spreek nu over de jaren 2000. En in België was Naturel horsemanship ver te zoeken.

Naturel horsemanship betekend voor mij niet perse bitloos en boomloos over de glooiende heuvels rijden. Het betekent voor mij wel op een diervriendelijke manier met je paard omgaan en trainen en daarbij het paard niet uit het oog verliezen. Kijk goed wat hij te vertellen heeft. Sluit compromissen en zoek uit hoe jouw paard je kan begrijpen wat je van hem vraagt zonder grof , kwaad , gefrustreerd te worden maar juist lief en assertief te zijn. Dat is hoe het voor mij moet zijn om samen te werken met je paard.

Dus op een gegeven moment voelde het traditionele trainen voor mij echt niet goed meer. Ik zat in zak en as. Ik overwoog zelfs om mijn paardje te verkopen voor een paard dat wat sneller was. Maar ik wist dat dat niet de oplossing was. Dus ik ging zoeken en ik kwam uit bij een voor mij geheel nieuwe methode. Gebaseerd op diervriendelijk trainen en alles in een zo klein mogelijke stapjes aanbieden en fine tunen.
Het beviel mijn paard en het beviel mij. Ik was verslingerd. En voor ik het wist stortte ik mij op het pad van de Academische rijkunst. 8 jaar lang richtte ik mij op dit proces en haalde alles uit de informatie die ik wekelijks leerde. Ik ging de theorie begrijpen ik leerde over wat het paard fysiek kon en wat niet. Avonden en avonden was ik aan het studeren. Ik volgde clinics nam zelf ook deel aan clinics . Workshop na workshop verslond ik. Ik had ook echt het gevoel dat alle antwoorden op mijn vragen werden beantwoord. Ik werd ook super handig in het trainen aan de hand en het rijden met 1 hand. Ik ging op de mm rijden en toch bleef ik ergens steken. Want ik miste iets waar ik mij toen nog niet bewust van was.

Mijn paardje kreeg een peesblessure ik snapte er totaal niks van. Want ik deed toch mijn best en reed heel bewust etc.… In ieder geval hij revalideerde weer helemaal. Ik wilde graag weer de draad oppikken waar ik gebleven was maar dat ging niet want weer raakte mijn paard geblesseerd. En bleek dat hij slechte knieën had. Ik snapte er niks van. Maar ergens wist ik dus wel hoe het kwam. Al die jaren dat ik mijn best had gedaan in de Academische rijkunst en we zeer veel hadden gestapt en werkte met korte stukjes draf en heel weinig galop. Met als gevolg dat we de voorwaartse activiteit die een paard moet hebben van nature en anders moet leren dat we die niet genoeg hadden meegenomen.

Weer ging ik op zoek en deze keer nog meer in de biomechanica hoe ik zelf meer ondersteuning kon geven. En middels massages en opnieuw gerichte revalidering knapte mijn paard weer op. En omdat ik gewend ben van op te krabbelen gingen we toch weer meer dressuurmatiger gaan trainen. Maar deze keer moest het anders, het moest aansluiten bij ons waken over de voorwaartse drang en ervoor zorgen dat mijn paard wel soepel bleef. Dat waren de uitgangspunten. Er kwam iemand op mijn pad die ervaring heeft op echt alle vlakken. Van dressuur tot western tot springen tot liberty. Echt een natuurtalent vanuit ervaring en precies iemand die niet in een specifiek hokje te plaatsen is. En opnieuw starten we bij het begin.
Maar aangezien ik dit tot op heden nog altijd niet goed had geleerd was dit het eerste waar we mee aan de slag gingen. En echt na 3 weken voelde ik voor het eerst hoe het nu precies voelt om van achter naar voor te rijden en een paard dat vanzelf gaat nageven. En ik besefte dat dit is waarom het omdraait. En dat heeft niks met A.R of traditioneel of klassiek te maken dit is gewoon puur paardrijden dmv de biomechanica van het paard te gebruiken. De buikspieren aan het werk zetten zodat de bovenlijn gaat aanspannen.

Ik zou er wel weer een naam op kunnen plakken om mezelf weer in een hokje te kunnen plaatsen en te kunnen zeggen ik rij op deze manier.
Maar inmiddels met al de biomechanica die ik zie begrijp en voel, zeg ik liever ik rij mijn paard in horizontaal en verticaal balans. Want dat is waarom het draait.

Toch voel ik mij tussen 2 werelden. Ik hoor niet bij de wedstrijdruiters ik hoor ook niet  bij de Academische ruiters, maar ik ben wel gedreven ik heb een missie ik bewandel een pad “mijn pad” , en ik heb al ooit zoveel ahaa momenten gehad. Gelukkig allemaal opgeschreven. En van onschatbare waarde. En ik heb van alle lessen die ik ooit heb gekregen heel veel opgestoken. Goede en slechte dingen. Maar de grootste les was toch verlies jezelf niet in 1 stroming en vul je rugzak met alles wat voor jou werkt. En hoe je dat dan ook noemt A.R of traditioneel of klassiek of duits of frans of misschien wel western. Zet stappen, beleef, ervaar, evolueer, en doe wat werkt.

En wat betreft tussen 2 werelden ik rij voortaan in het NU ♥ …

Slaagt jouw paard voor de tandencontrole ?

Elk jaar de tandarts op bezoek, bij de meeste is het wel een vast agenda item geworden inmiddels. Gelukkig maar.

Afgelopen week kwam de tandarts bij ons ook op bezoek want het was inmiddels alweer een jaar geleden. Wanneer ik ga masseren vraag ik altijd hoe lang is het geleden dat de tandarts is geweest? Je kunt je misschien dan wel afvragen waarom vraagt ze dit nu en wat hebben de tanden nu verband met de rest van het lichaam?
Om aan het hoofd een afwijking te constateren dit word al een beetje moeilijker natuurlijk. De schedel bestaat uit immers 2 grote massieve delen en we kunnen nog net onthouden dat het belangrijk is dat de tandarts elk jaar komt,  dat er veel zenuwen lopen en dat er discussies gevoerd worden over rijden met bit en rijden zonder bit.
Maar ik ga even een beknopte versie geven van wat we allemaal over het hoofd zouden kunnen zien. Zodat jij het hele jaar goed voorbereid bent en het kleinste detail niet mist.
Wat ons meestal als eerste opvalt als we naar een hoofd kijken is dat een hoofd groot is of eerder klein.

En wat doet het hoofd eigenlijk precies ?

Het hoofd zorgt voor bescherming van de ogen de neus de oren en de hersenen. Dit is zeer belangrijk want de hersenen en het ruggenmerg vormen samen het zenuwstelsel dat hun oorsprong vind in de schedel waar het goed beschermd word en alle andere systemen aanstuurt.
Het hoofd vertelt ons vaak hoe het mentaal met ons paard is. Kijkt hij wakker en alert of is hij eerder in zichzelf gekeerd. We kunnen ook zien wanneer een paard gestrest is en wanneer hij dingen als niet fijn ervaart door zijn oren achteruit te leggen. Net als bij de mens heeft het paard gezichtstrekken . En dit is niet altijd even gemakkelijk om ze goed te kunnen lezen. We kennen allemaal wel de verdrietige paarden en de boze paarden en de paarden die er heel nieuwsgierig uit zien. Maar vergeet niet om er geregeld bij stil te staan waarom is mijn paard gestrest waarom ervaart hij niet alles wat wij “heel simpel” van hem vragen? Wel soms lukt het ze gewoon niet en zien we wel eens iets over het hoofd.
Het hoofd bestaat uit 2 delen de bovenkaak en de onderkaak  deze zitten aan mekaar via het kaakgewricht. Hier kan veel spanning op ontstaan. Door de kauwspieren aan de buitenzijde van het hoofd goed te bekijken en te vergelijken met links en rechts kunnen we vroegtijdig tandproblemen opsporen. Scheve tanden zorgen voor extra spanning op het kaakgewricht en de zenuwbanen worden verstoord. Ter hoogte van de oogkas zitten de kauwspieren en kunnen we zien of deze links en rechts gelijkmatig ontwikkeld zijn. Als het paard bijv. meer kauwt met zijn linker kiezen. Dan zal de linker kauwspier groter en meer opgezet zijn. Als je dan aan de zijkanten een beetje druk geeft zal je merken dat het linker kauwgewricht minder druk kan ervaren wat vaak aangeeft dat er meer slijtage aan het gebit links zal zijn. Verhoogde spanning op het kaakgewricht zorgt voor spanning in het gehele lichaam van het paard. Vaak kan het paard zijn hoofd minder goed draaien, denk maar eens welke stelling en buiging er moeilijker gaat.
Dan komen we bij de occiput ( verbinding schedel-hals)  dit is de hoofd hals overgang. Hier is het ligamentum nuchae aan vast gehecht. Wat het hoofd moet dragen en de hals samen met de verschillende spieren optilt en stabiliseert.  Wanneer er spanning ontstaat in de hals overgang die mede kan ontstaan vanuit het kaakgewricht dan kunnen de zenuwen minder goed de spieren aansturen en vind het paard het lastig om zijn voeten neer te zetten op de juiste plaats.

En zo ontstaat een eerste afwijkend bewegings patroon. Die we eigenlijk niet meteen zouden linken met tandproblemen.

Het is dan ook van groot belang dat de tanden ten allen tijde goed bijgehouden worden als de tanden aan 1 zijde in onbalans zijn is het moeilijker voor het paard de bovenkaak goed aan te sluiten op de onderkaak en vaak om dit symptoom te bestrijden word dan de neusriem goed aangetrokken om de kaken dicht te houden waardoor er weer meer spanning op het kaakgewricht komt. Op de neus ter hoogte van jukbeenderen bevind zich het centrale zenuwstelsel. Wanneer we de neusriem helemaal dicht sperren kan dit leiden tot een tijdelijke verlamming  van de neus en word de doorbloeding vermindert. En ik had je net vertelt dat wanneer spieren slecht worden aangestuurd het paard het lastig vind om zijn voeten te plaatsen daar waar ze eigenlijk zouden moeten landen.Maar we hebben allemaal al wel eens gemerkt dat het paard tijdens het afzadelen wil gaan schuren met het hoofd. Dit om de doorbloeding in de neus weer wat beter op gang te krijgen. Echter als het zweet op zijn hoofd staat wil hij er ook graag vanaf.

Ooit al eens bij stil gestaan? Misschien is het wel weer tijd voor de tandarts controle?

 

Oona.

 

Spierketens en kettingreacties wat bedoelen ze precies ?

 

Hoe werken spierketens samen ?

Een bovenlijn een onderlijn, actief voorwaarts rijden en energie aan de voorkant opvangen? Dat is de samenvatting van de dorsale en ventrale spierketen die samenwerken.

Hoe ?

Het samenwerken van spierketens gebeurd automatisch. Maar het is wel van belang dat we ze in balans brengen.
De voorhand draagt 60% van het gewicht en de achterhand daar waar de motor zit draagt 40 % van het gewicht. Als we het paard beginnen te trainen richting een horizontaal evenwicht willen we gaan nastreven dat het gewicht 50/50 % verdeeld word om een correcte beweging te kunnen garanderen.

Waar?

We hebben 2 grote spierketens bij het paard en dit is de dorsale spierketen die bevind zich in de bovenlijn en is betrokken bij de voorwaartse beweging. En deze bestaat uit de strekspieren. De splenius, trapezius, romboideus, serratus ventralis, longissimus , gluteus, biceps femoris, en de hamstrings.

De ventrale spierketen die bevind zich aan de onderzijde en is betrokken bij het ondersteunen en nastreven van de correcte houding en het werken in de verzameling. En bestaat uit de brachiochepalicus, sternochepalicus, de borstspieren, de buikspieren, de lumbosacrale overgang onderzijde de iliopsoas en de tensor facia lata.

Wanneer?

De bovenlijn en onderlijn werken als een kettingreactie samen met mekaar. Ze werken in groepen, paren en schakels en vormen samen een volledige spierketen.
Maar vaak is men enkel gefocust op de bespiering in de bovenlijn aan te spannen en vergeet men de buikspieren.

Wat je eigenlijk wil is dat de buikspieren geprikkeld worden waardoor je paard zijn buikspieren zal gaan aanspannen en de spieren in de bovenlijn zal langer maken. Echter is de lange rugspier de longissimus dorsi ergens geblokkeerd of verkrampt dan zal het paard moeite krijgen met het goed aanspannen van de buikspieren. En kan dit effect hebben op beide spierketen. De minste spanning die je bewust of onbewust met je handen bewerkstelligt kan het paard als tegenreactie zijn bovenlijn hol maken. Want hij had al moeite om de de rugspier langer te maken. En bij dwang wanneer het paard niet losgelaten beweegt gaat hij zijn hals aanspannen en omhoog brengen.

De dorsale keten is in werking als het paard zijn heupgewricht opent en zijn lichaam vooruit stuwt.
De ventrale keten is in werking als het paard zijn achterbeen ondertreed.
Wanneer het paard zijn rug vasthoud bovenzijde is het moeilijker om het bekken goed te laten kantelen wanneer het achterbeen ver voorwaarts moet grijpen. Het resultaat is dat de rug niet genoeg op lengte komt en de buik niet genoeg aanspant.

  • Oefeningen om de buikspieren goed te trainen zijn vlotte overgangen rijden.
  • Voorwaarts neerwaarts rijden in draf en galop.
  • Cavaletti training en heuveltraining.

 

Waar gaat het geregeld mis?

Tis dus niet genoeg om de hals enkel laag te vragen en vervolgens de buikspieren niet te prikkelen. De rug komt dan wel omhoog maar de buikspieren doen zonder voldoende voorwaartse activiteit nog niet genoeg. Omdat de beweging vanuit het achterbeen begint is het daarom altijd belangrijk dat het paard voorwaarts gereden word met voldoende energie en die word opgevangen aan de voorzijde.
Voel je dat de druk in de verbinding te hoog of te zwaar word dan rijd je teveel voorwaarts .
Paardrijden gaat met gevoel en je zal moeten voelen met hoeveel been jij je hand moet aanvullen. De verbinding hoort lekker elastisch aanvoelt en gemakkelijk en je voelt de energie van vanachteren stromen.

Heb jij enig idee hoe jouw paard van nature beweegt en welke spiergroep meer aandacht moet krijgen?

Ga eens goed kijken welke verschillen je allemaal kan waarnemen tijdens het longeren. En denk dan aan tempo, halshouding horizontaal, halshouding verticaal, valt het paard naar binnen of naar buiten,  hoe beweegt de rug, hoe groot is de paslengte je zult versteld staan van de verschillen die je zal ontdekken. je weet meteen weer waar je in verbeterd ben en waar nog huiswerk te maken valt.

Succes Oona.

 

 

 

Je paard in enkele stappen soepel.

 

Paardrijden blijft een proces en soms lijkt het wel ingewikkelder te worden met de dag.

Paardrijden op zich is 1 grote puzzel van wel duizenden stukjes. Stap voor stap ga je ontdekken hoe je deze puzzel hoort te leggen. Veel puzzelaars hebben uiteraard elk een eigen mening en strategie hierover die voor hun super goed werkte. En vandaag wil ik jouw vertellen hoe ik dagelijks lekker puzzel en wat voor mij werkt.

 

Aan de slag

Echter iedereen is verschillend en ervaart dingen op een andere manier waardoor sommige methodes je juist helemaal niet liggen. Jouw zoektocht begint al bij het zoeken naar een methode die jij begrijpt en waar jij je goed bij voelt en je paard zich goed bij voelt. Dan pas kun je successen gaan halen.  Als je eenmaal door hebt hoe je een training goed opbouwt en je weet nu waar je naar verbetering moet gaan zoeken en welke oefeningen je hiervoor kan inzetten.
Is je paard soepel voordat jij er erg in hebt.

Zullen we beginnen bij het begin?

Beginnen bij de basis is de grootste stap in de goeie richting. Als je dan later terug kijkt vanwaar je komt en waar je nu staat dan pas zie je de groei in jullie trainingen. En gaat het een keer wat minder dan kun je nog altijd terug vallen en enkele checks gaan testen en kijken waar gaat het nog wel goed.

Door steevast tijdens het instappen en het losrijden enkele simpele oefeningen te controleren kom je erachter waar jouw paard vandaag moeite mee heeft. Want je wil graag gaan zoeken naar controle over tempo, richting , ritme, energie en een contact teugel. Als er eentje is die een beetje hapert dan is jou training maar zo sterk als je zwakste schakel .

Tempo

Een paard moet leren om met het juiste tempo te leren lopen en hier kunnen we best veel zelf aan doen. En dit begint bij consequent zijn. Een training begint bij het plaats nemen in je zadel. En dat wil zeggen dat ruiter en paard meteen alert moeten zijn. Je laat je paard meteen vlotjes wegstappen met de juiste intentie die van jou komt. Niet pas gaan denken, even instappen en over 10 min word ik wel consequent. Nee vanaf de eerste seconden. En hiermee gaan we kijken of we controle kunnen krijgen over tempo. Als je paard niet beter weet op de duur. Dan weet hij gewoon een ruiter op mijn rug betekent dat ik moet opletten en door stappen.

Ritme

Paarden moeten leren om zelfstandig in hetzelfde ritme te blijven lopen dat jij als eerste aangeeft en je paard moet leren aanhouden. Maar dat wil ook zeggen dat je geen ongecontroleerde hulpen gaat geven die niks betekenen. Want uiteindelijk willen we niet dat we het paard bij elke pas moeten aansporen. En we willen ook niet dat de verbinding van hulpen die jij geeft aan je paard als een ruis overkomen waarvan hij de helft of meer gaat negeren.

Energie

Wanneer we controle hebben over tempo en ritme hebben gaan we het paard beetje bij beetje gaan buigen. Want we willen dat het paard als 1ste de buikspieren gaat aanspannen en de rug omhoog gaat brengen en als 2de we willen dat het paard zijdelings gaat buigen. Dit kost het paard kracht en energie. En vaak bij het maken van een wending of een volte komt het paard terug in tempo en mist het paard energie om de oefening goed te blijven uitvoeren. Dus is het nodig dat we voordat we een oefening gaan rijden we het paard altijd goed voorbereiden. D.w.z. voor een hoek  waken over het tempo. Voor een zijgang wil je zeker weten dat je paard gaat reageren op een zijwaartse beenhulp etc…. En werk je oefening altijd af. Misschien weet jij dat je paard juist vlot word na een bepaalde hoek . Zorg dan dat je ophouding maakt om de energie te controleren en niet weg te laten vloeien. Of weet jij dat je paard juist traag uit een hoek komt zorg dan dat je paard blijft doorlopen.

Contact teugel

Iedereen heeft zo zijn eigen benaming ervoor. Aanleuning, nageefelijk rijden , aan de teugel, rond rijden. Bij mij hielp het om te gaan praten over een contact teugel omdat dit de juiste lading dekt en ook meteen het gevoel goed omschrijft.  Omdat een contact teugel de verbinding is tussen jouw hand en de paardenmond. En die mag uit niet meer ontstaan dan uit een contact. Gemakkelijker gezegd dan gedaan. Ik weet het. Maar je moet erop vertrouwen dat jouw paard jouw hand moet gaan vertrouwen en dit is wederzijds. Jouw paard moet leren dat een contact verbinding zacht en duidelijk is en geen ongemak oplevert. En dat wanneer jij jouw hand naar voor doet je paard graag je hand gaat volgen. En niet reageert met zijn hoofd in de lucht te gooien omdat hij eindelijk verlost is van de druk die hij ervaart als onprettig. Je kan de lengte in de hals maar korter gaan maken als jouw paard het aankan om zijn rugspieren juist langer te maken en de bovenlijn rond te houden steeds in die verbinding. D.w.z. dat een paard in het begin stadium van zijn africhting een groter kader heeft waarin hij in beweegt dan wanneer hij verder staat in zijn africhting en in staat is om zijn lichaam steeds meer te verzamelen en hierdoor een kleiner kader gaat krijgen .

Hoe?

Ok aan de slag nu.
Neem de checklist door en ga kijken hoever je staat in de africhting.

En wat als je erachter kwam dat het allemaal zo goed nog niet ging ?

Focus je niet wat op wat nog niet goed gaat. Maar focus jezelf op je verbeter punten. Je bent nu bewuster geworden en dit is uiteindelijk toch de eerste stap in je ontwikkelingsproces. En het blijft een puzzel de ene keer ligt hij bij je paard en de andere keer moet je hem gaan zoeken bij jezelf. Zolang je maar onthoud dat de weg er naar toe er ook mag zijn. Dat is juist je leerproces en geniet ervan.

De volgende stap om je paard soepel te krijgen is ….

  • Gewoon doen
  • Elke dag beweging geven
  • stap voor stap

 

 

Ik wens je heel veel succes !

Oona.

Doelen maken is 1 ding ze uitvoeren is wat anders.

Waarom stellen we doelen en wat brengt het ons ? Doelen maken is niet moeilijk maar onderweg zijn en de kleine stapjes uitvoeren is wat anders.

We hebben allemaal die fantastisch mooie droom die we willen bereiken. Maar vaak lijkt het ver en ontoegankelijk te zijn. Op de vooravond van 2018 werd mijn aandacht getrokken door de volgende zin.

A Goal Without A Plan Is Just A wish

En ik wist dat deze quote mij scherp zal houden. En ik zal daarom alles op alles zetten om mijn droom na te jagen met een goed plan. Want dat maakt mij oprecht gelukkig en zorgt ervoor dat ik zal shinen. Want gelukkig zijn werkt motiverend en geeft energie en jaaaa eigenlijk is het ook verslavend .

Want dat wil jij toch ook ?

Onderweg genieten van de inzichten die je hebt geleerd , Je vaardigheden ontwikkelen en meer zelfvertrouwen krijgen zodat jij precies weet welke tools jij en je paard nodig hebben om te kunnen groeien en jullie kunnen te overstijgen.

Een goed plan zal je daarom helpen om koers te houden en gemotiveerd te blijven want je heb duidelijk voor ogen waar je wil geraken. En als je weet welke ingrediënten je daar voor nodig heb word het steeds gemakkelijker om stapjes te zetten. Het helpt om jezelf een aantal vragen te stellen.

  • Wat is mijn grote droom? Waarom wil ik hem zo graag najagen ?
  • Hoe gaat het nu ?
  • wat heb ik daarvoor nodig ?
  • wie kan mij daarbij helpen?
  • Wat moet ik onder de knie krijgen?
  • Welke stappen moet ik zetten over een maand , over 3 maand over een half jaar over een jaar.

Waarom ?

Het halen van kleine doelen om je grote droom te verwezenlijken geeft jou inzichten, brengt jou vertrouwen,  houd je focus scherp, zet jou op de juiste koers .

Met wie ?

Het helpt je niet om te blijven dromen zonder actie te ondernemen. Want helaas moet je het toch nog steeds zelf doen. Iemand anders kan niet succesvol vol worden in het najagen van jouw droom met jouw paard. Nee jij wil dit zelf voor mekaar krijgen. Maar dat wil niet zeggen dat je geen hulp kan gebruiken. Soms helpt het om samen met iemand anders samen te groeien en je aan mekaar op te trekken om steeds grenzen te verleggen. Of stoppen met te denken, maar ga het gewoon doen. Ga vertellen aan iedereen die het wil horen wat je graag voor mekaar wil krijgen en wanneer. Als het werkelijk leeft ga je er mee aan de slag.

Hoe ?

Je weet inmiddels dat een goed plan onmisbaar is. Maar hoe maak je een goed plan? Als je weet welke middelen je nodig hebt die noodzakelijk zijn om beter te worden ben je weer een stap verder.

  • Hoeveel tijd heb je nodig elke maand , elke week en elke dag om stappen te kunnen maken? Hoe zorg ik ervoor dat ik genoeg variatie heb in mijn trainingen?
  • Hoe plan ik het in zodat alle spiergroepen op het juiste moment worden getraind en genoeg tijd krijgen om te kunnen herstellen ?
  • Hoe bouw ik een training goed op ? Welke structuur past bij mij ?

En waarschijnlijk herken je het vast wel, wat als je het niet meer ziet zitten ?

Je wist wat je wilde bereiken en je hebt duidelijk een to lijstje gemaakt en toch heb je het gevoel dat je amper vooruit gaat. Het weer speelt ook soms mee om roet in het eten te gooien en je motivatie zinkt in je schoenen. Je denkt al het harde werk loont niet de moeite.

Natuurlijk wel. Succes komt niet zomaar aanwaaien.

En je zal er dagelijks voor moeten investeren . Want 365 kleine stapjes maken = 1 grote  stap of meerdere die je hebt gezet. Elk stapje kent zijn eigen succes en het is belangrijk om regelmatig terug te kijken vanwaar ben je gekomen. En succes te vieren. Elke dag dat jij met je paard  samen bezig bent zorgt ervoor dat jullie samen groeien en steeds beter worden en jullie succesvol worden. Maar dan moet je wel volhouden.

Dus…….

  • Set goal
  • Make a Plan
  • Get to Work
  • Stick to It
  • Reach Goal
  • Celabrate Succes

Nu is het aan jou.

Succes Oona.