3 tips om je paard los te rijden

Wat zit ik weer heerlijk in mijn energie. En dat na een fantastisch lang druk weekend. Zo stond er op zaterdag een futurity en keuring op de agenda van de IJslandse paarden. Het was zo gaaf. Ik was als groom mee en had de tijd om te doen wat ik graag doe. Namelijk naar het exterieur kijken en naar de bewegingen in de futurity proef.
De jury deelde met het publiek de sterke en minder sterke kwaliteiten van de paarden. Wat dus super interessant was. Gelukkig had ik een goed getraind oog en kwamen mijn inzichten aardig overeen. En ik weet inmiddels zeker dat er ooit nog een IJslands paard komt. 😉

Vandaag ben ik in de ochtend vroeg gaan rijden. En dit ging niet vanzelf, helaas. Maar eigen schuld dikke bult. Ik had de laatste 4 dagen niet gereden. En bovendien zat er letterlijk naast mijn rijbaan een kudde wilde everzwijnen. Paddy ging stokstijf stil staan en ik dacht: er moet iets zijn? En plots zag ik ze, 2 grote zwijnen samen met de kids. Maar die besloten om toch verderop in de bosjes verder te gaan wroeten. Happy me. Dat ik ze zag en dat ik ze zag gaan. 😊
Maar terug naar mijn gevoel van mijn training. Het ging niet vanzelf, maar ik heb toch goed gereden. En ik weet dit omdat ik de resultaten van mijn equestic clip kan uitlezen naderhand. Een zeer goede symmetrie, echter het ritme en de afdruk lagen ietsje lager.

Ik ga je mijn 3 beste tips geven die mij helpen tijdens het losrijden en er toch voor zorgen dat ik een workout met Paddy kan doen, waarbij we altijd weer een goed begin maken en ik toch een voldaan gevoel krijg. Want ik heb het al eerder gezegd: de paarden, ze maken je dag of ze kraken je dag.

Hier komt die.
Ik train altijd met de trainingsladder in mijn achterhoofd. Deze geeft mij houvast tijdens het rijden. Het vertelt mij de controlepunten en waar ik meteen naar verbetering mag gaan zoeken.

De eerste 3 onderdelen vormen de absolute basis. En hangen heel nauw samen met elkaar. En lopen ook door elkaar. Je begint altijd bij het begin en dat is …

Tip 1:

Ritme is beweging en gaat over de kwaliteit van de beweging, in stap, draf en galop. Je wilt een ritme dat stabiel en gelijkmatig is, altijd en op elke plaats, in welke gang dan ook.

Oefening: Je wilt dat je paard over de hele hoefslag hetzelfde tempo kan aanhouden en dat hij bijvoorbeeld niet trager wordt wanneer je net de hoek in of uitrijdt. Jij bepaalt het tempo. Als je een paard goed traint, dan worden zijn gangen beter. Als je er geen erg in hebt, kan het zelfs zijn dat je de gangen verpest en je tactfouten krijgt. Tactfouten hebben te maken met spanning, te sterke inwerking en te weinig drijvende hulpen.

Tip 2:

Soepelheid is de tweede trap. Heel gemakkelijk om te onthouden eigenlijk. Een paard dat ontspannen is, zit lekker soepel. Dit gaat over de elasticiteit van de spieren en de ontspanning. Je paard moet voldoende ontspannen zijn om zijn spieren langer te kunnen maken en ook weer vlotjes te kunnen aanspannen. Spieren die vastzitten kunnen geen kant op. Je wilt dat je paard gemakkelijk door de wending loopt en met de nodige buiging. Een paard dat gespannen is, hetzij door de omgeving of door de hulpen die onduidelijk en te groot zijn, heeft meer moeite met buiging en balans vinden.

Oefening: De cirkel vergroten en verkleinen helpt je om je paard soepel te maken. Denk de buitenschouder naar buiten en open je binnenteugel. Het paard zal gemakkelijker ontspannen. Op de volte kun je gaan spelen met de schouders. Schouders naar buiten – schouders naar binnen.

Tip 3:

Connection is het derde onderdeel en gaat over het aannemen van het bit en het aanvaarden van de kuithulpen. Je verbetert er de bovenlijn van je paard mee en je zorgt dat er vanuit je kuithulp energie in de achterhand wordt gegeven, door de wervelkolom en via de atlas ontvangen wordt in je hand. Je wilt dat je paard in elke gang en elke overgang het bit en de kuiten/zit-hulpen aanvaardt.
De kwaliteit van je overgangen hangt dan weer samen met de kwaliteit van je vorige gang nog voor de overgang. Het stukje ritme dat we alweer tegenkomen.

Oefening: Vergeet nooit dat elke overgang terug die je maakt op je handen de voorwaartse beweging stopt in de achterbenen. Overgangen terug rij je voornamelijk op je zit in combinatie met een halve ophouding. De halve ophouding zie je als een waarschuwing die doorgeeft aan het paard: er gaat iets komen.

Wanneer ik dus begin bij het begin en aan deze drie onderdelen werk, dan werk ik met een plan dat duidelijk en helder is voor ons beide. En zoals je kunt lezen super easy om te onthouden en uit te voeren en jouw paard gaat er beter van bewegen. 
Omdat ik deze routine altijd aanhoud, lukt het mij altijd wel om naar het goede gevoel te gaan zoeken en het vast te pakken. En Paddy begrijpt veel beter welke reacties hij moet geven op de hulpen. 


Heb jij het gratis succes dagboek al?

Gepubliceerd door Oona Thielens

Als ik met een positieve gedachte naast mijn paard sta en erin geloof dat Paddy in staat is om het juiste antwoord te geven op de hulp die ik hem net heb gegeven als is het maar een fractie van het goede antwoord dat hij mij geeft, dan kunnen wij bereiken wat we maar willen. Want een paard dat zich comfortabel, gelukkig en ontspannen voelt heeft het vermogen te kunnen blijven denken in situaties en nieuwe dingen te leren. Alle ervaringen die Paddy vandaag krijgt in onze training neemt hij mee in de training van morgen. Hij weet immers niet wat mijn doel is of waar ik naar toe wil werken. Hij is enkel een Master in het voelen met welke intentie en mindset ik het aan hem vraag. De weg naar het ideale Rijpaard.

Geef een reactie